De opleiding – Verkeersdeelname
A rechtstreeks
Als je 21 bent, mag je het rijbewijs voor de zware motor (A) halen. Vanaf 21 jaar mag je de praktijkexamens voertuigbeheersing (AVB) en verkeersdeelneming (AVD) doen voor het rijbewijs A.
Als je het rijbewijs voor de zware categorie (A) vóór je 24e rechtstreeks behaalt, krijg je code 80 op het rijbewijs vermeld. Dat betekent dat je in de zware categorie (A) uitsluitend op een driewielig motorrijtuig mag rijden met onbeperkt vermogen. Als je het rijbewijs voor de zware categorie hebt, krijg je automatisch het A1- en A2-rijbewijs.
Met een A-rijbewijs met code 80 mag je rijden op:
- Motor van de categorie A1
- Driewielig motorrijtuig van de categorie A1 (<15kW)
- Motor van de categorie A2
- Driewielig motorrijtuig van de categorie A (>15kW)
De code 80 vervalt twee jaar na het behalen van je A-rijbewijs of als je voor die tijd 24 wordt. Als je voor het behalen van je A-rijbewijs het A2-rijbewijs al hebt, vervalt code 80 op het moment dat je het A2-rijbewijs twee jaar bezit. Vervalt code 80 voor je 24e, dan moet je wel bij de gemeente een nieuw rijbewijspasje aanvragen zonder de code 80.
Met een A-rijbewijs zonder code 80 mag je rijden op:
- Motor van de categorie A1
- Driewielig motorrijtuig van de categorie A1 (<15kW)
- Motor van de categorie A2
- Driewielig motorrijtuig van de categorie A (>15kW)
- Motor van de categorie A
Geldigheidsduur theorie en AVB
Als je AVB-examen doet, moet je zijn geslaagd voor je motortheorie-examen of een geldig rijbewijs B hebben.
Als je AVD-examen doet, moet je zijn geslaagd voor je motortheorie-examen én voor het AVB-praktijkexamen van dezelfde categorie.
Het resultaat van je theorie-examen is 1,5 jaar geldig.
Het resultaat van je AVB-praktijkexamen is 1 jaar geldig.
Het getrapte systeem
Wanneer je minimaal 2 jaar in het bezit bent van het rijbewijs A1, mag je overstappen naar de middelzware motor (A2). Daarvoor hoef je alleen maar een praktijkexamen verkeersdeelneming (AVD) te doen.
Wanneer je minimaal 2 jaar in het bezit bent van het rijbewijs A2, mag je overstappen naar de zware motor (A). Ook daarvoor hoef je alleen maar een praktijkexamen verkeersdeelneming (AVD) te doen.
Als je via het getrapte systeem je rijbewijs voor de zware categorie (A) behaalt, dan krijg je geen code 80 op je rijbewijs.
Eerste les en kennismaking
Hoe ziet de eerste les eruit bij Rijschool Eddie? Deze les start met wederzijds kennismaken. Hierbij zullen wij een aantal gegevens noteren en vervolgens doorgaan met een oogtest.
Ook is het makkelijk als je zelf je eigen spullen al hebt. Bijvoorbeeld een eigen motorhelm en motorlaarzen met daarbij een passende motorjas en stevige handschoenen. Vervolgens bekijken we de motor waarmee je gaat rijden. Op een afgelegen parkeerplaats gaan we daadwerkelijk aan de slag. Denk hierbij aan de zit- en stuurhouding en alsmede balans, evenwicht en kijktechniek. Stap voor stap worden de lessen opgebouwd, volledig aangepast aan jouw niveau en afhankelijk van jouw voortgang.
Voertuigbeheersing
Je opleiding bij Rijschool Eddie zal voornamelijk starten met intensief aan de slag met de gaan met voertuigbeheersing. De oefeningen voor voertuigbeheersing doen we op een parkeerplaats. Overigens kan het zo zijn dat we deze oefeningen voordoen, eventueel met jou achterop. Door het doen van deze oefeningen raak je vertrouwd met de motor. Al deze oefeningen worden op je examen toegepast en natuurlijk ga je bij het afrijden ook gebruik maken van de oefeningen als ze van pas komen. Hieronder geven we ze nog een keer aan.
In totaal laat je bij het examen Voertuigbeheersing zeven oefeningen zien. Alle oefeningen tellen even zwaar.
Uit ieder cluster is één oefening verplicht, en doe je uit de clusters twee tot en met vier één oefening extra. Dus: vier verplichte, en drie oefeningen die de examinator kiest. Je mag elke oefening bij een onvoldoende resultaat één keer overdoen. Om te slagen moet je in totaal vijf van de zeven verschillende oefeningen succesvol afronden. Daarbij voer je in de clusters twee tot en met vier minimaal één oefening correct uit. Dus je laat de examinator op overtuigende wijze zien dat je de motor beheerst bij lage en hoge snelheid. En dat je goed kunt remmen.
Cluster 1
Achteruit parkeren
Het eerste cluster bestaat uit de oefening achteruit parkeren. In deze verplichte oefening loop je aan de rechterzijde van de rijbaan met de motor aan de hand. Daarna parkeer je de motor achteruit in een denkbeeldig parkeervak en zet je de motor op de standaard. Vervolgens haal je de motor weer van de standaard en loop je naar rechts het parkeervak uit.
Cluster 2
Langzame slalom
De verplichte oefening in het tweede cluster is de langzame slalom. Er
geldt geen richtlijn voor de snelheid. Gezien de geringe tussenafstand ligt een stapvoets tempo voor de hand.
Het gebruik van een slippende koppeling is bij deze oefening verplicht.
Van belang is verder de combinatie van juiste bediening, langzaam rijden en het behouden van de balans. Dit alles doe je natuurlijk zonder de pylonen aan te raken!
Wegrijden uit parkeervak
Bij deze keuzeoefening rijd je vanuit stilstand uit een parkeervak weg. Je maakt een haakse bocht en rijdt enkele meters rechtuit. De rijbaanbreedte is drie meter. Het belangrijkste van deze oefening is dat je gecontroleerd een scherpe bocht weet te maken, direct na het wegrijden.
Denkbeeldige acht
Met deze facultatieve oefening laat je zien dat je een complete (denkbeeldige) acht kunt rijden in een rechthoekig kader. Je rijdt met trekkende motor en houdt daarbij een gelijkmatige snelheid aan. Je mag
je voetrem gebruiken en eventueel een slippende koppeling.
Stapvoets rechtdoor rijden
Hier is het de bedoeling dat je naast de lopende examinator blijft rijden over een afstand van twintig meter. Er wordt gelet op snelheid, balans en een juiste bediening van demotor. Je maakt gebruik van een slippende koppeling. Je voetrem mag je bij deze keuzeoefening ook gebruiken, maar je houdt je voeten tijdens het rijden op de voetsteunen.
Halve draai (links- of rechtsom)
Als de examinator voor deze oefening kiest dan rijd je met licht trekkende motor op een denkbeeldige rijbaan. Na de tweede pylon maak je in één vloeiende beweging een halve draai naar links of rechts. Je rijdt dan terug naar het startpunt.
Cluster 3
Uitwijkoefening
Cluster drie bestaat uit drie oefeningen, waarvan de uitwijkoefening
verplicht is. Bij de uitwijkoefening kom je met vijftig kilometer per uur aanrijden door de poort. Vijftien meter na de poort moet je vóór een denkbeeldig muurtje van pylonen naar links uitwijken. Daarna keer je weer terug naar de eigen weghelft.
Snelle slalom
Bij de snelle slalom zijn zes pylonen opgesteld. Deze slalom neem je bij een snelheid van minstens dertig kilometer
per uur met trekkende motor. Belangrijk is dat het vloeiend en gelijkmatig gebeurt.
Vertragingsoefening
Bij deze optionele oefening trek je vanuit stilstand op om snel te komen
tot een snelheid van vijftig kilometer per uur. Je rijdt dan in tenminste de derde versnelling. Na het tweede poortje rem je af tot 30 kilometer per uur en schakel je minimaal één versnelling terug. Daarna rijd je met deze snelheid een slalom om drie pylonen die acht meter uit elkaar staan.
Cluster 4
Noodstop
In het vierde cluster is de noodstop de verplichte oefening. Je rijdt
minimaal vijftig kilometer per uur. Na het poortje rem je maximaal om zo snel mogelijk tot stilstand te komen. Natuurlijk verlies je de controle over
de motor niet.
Precisiestop
Bij de precisiestop gaat het erom dat je op een bepaald punt stilstaat. Je rijdt eerst vijftig kilometer per uur en remt beheerst als je het eerste poortje van twee pylonen passeert. Daarna moet je de motor zeventien meter verderop tot stilstand brengen.
Stopproef
Naast de precisiestop kan de examinator ook nog kiezen voor de stopproef als tweede keuzeoefening. Het doel van deze oefening is dat je technisch goed remt. Je schakelt kort voordat je stilstaat terug naar de eerste versnelling. Je hebt een korte remweg.
Verkeersdeelname
Zodra je veilig en verantwoord met de motor om kan gaan, gaan we de openbare weg op. Als leerling ga je op de lesmotor en de instructeur die rijdt achter je aan met een volgmotor/volgauto. Op de weg zullen we de leerling instructies geven aan de hand van een logische en simpele volgorde. Via de portofoon. Overigens ben je zelf voor overtredingen aansprakelijk. Het is dus van belang dat je de theorie kent. Indien je geen autorijbewijs hebt, mag je pas zelfstandig de weg op als je het theorie-examen voor de motor hebt gehaald.